28 juni – 5 juli 2009, St. Auban-sur-l’Ouvèze – Apt,  81 km

 

(de foto’s)

 

Ex aequo: zaterdag 27 juni 2009, verkassen en opnieuw Miscon – Lêches-en-Diois, 5 km, 405 m op en 193 m af.

 


Verkassen en inhalen. Dat stond voor vandaag op het programma. Om 9 uur vertrokken we met tenten en al. De auto van Frans gebracht naar en achtergelaten in Leches-en-Diois. Met de andere auto terug naar Miscon en vandaar op ons gemak gelopen naar Lêches. Dit was het laatste deel van de 1e dag van vorig jaar en dat had Ber toen als enige gedaan, vandaar dat Frans dit nu alsnog moest inhalen en Ber het graag nog een keer wilde doen. Was maar klein stukkie; 5 km. maar toch nog 400 meter naar boven toe. Het weer vandaag was redelijk, bewolkt maar niet koud. Na ons wandelingetje gereden naar Sault en dat was een pittige afstand, 109 km. over bochtige bergachtige binnenwegen met tenminste 2 bergpassen daarbij. In Sault (aan de voet van de Mont Ventoux) een camping municipale gevonden; heel groot, beetje rommelig met hoge bomen en dus veel welkome schaduw en weinig bewoners. Vanaf nu, d.w.z. vanaf morgen, gaan we weer gewoon verder naar het zuiden en hebben we de omleidingen en inhaaltrajecten allemaal achter ons. Zijn gaan eten in Sault op het terras van een restaurant. Het was er vol met te weinig personeel, zij het dat dit wel was voorzien van een fraai decolleté. Desondanks hebben we er niet minder dan 2 ½ uur gezeten met groeiende ergernis. Nog zieliger was die eenzame man aan dat andere tafeltje met voor zichzelf een hele fles wijn en het allerzieligst was die nog veel eenzamer vrouw zonder fles, die met haar rug naar hem toe zat; ook die moest heel lang wachten (quote of the day: vast een echtpaar).  Nadat Frans de bedienende juffrouw assertief de waarheid had verteld mochten we eindelijk afrekenen en opstappen.

Maandag 29 juni, St. Auban-sur-l’Ouvèze – Brantes 23,5 km, 900 m op en 940 m af.



Een schrille kreet doorklieft de nacht. Even later klinkt het nuchter: nachtmerrie! Bonzend van de adrealine tracht ik de slaap te hervatten. Weer even later klinkt het afgemeten ‘goede morgen, het is 6 uur’. We pakken de draad weer op, zij het iets vroeger dan te doen gebruikelijk.
Om 9 uur vertrokken we te voet vanuit St. Auban-sur-l’Ouvèze en we zouden eindigen in Brantes, een afstand van 23.5 km. Onderweg minstens 900 meter omhoog en ongeveer even veel meters omlaag geklommen. Al met al hebben we gelopen van 9 tot 19.40 met niet meer dan 1 uurtje pauze en het was warm vandaag, heel warm.
Het traject ging goeddeels over muilezelpaden door een bijna geheel onbewoond gebied. Onderweg kwamen ons een jongen en meisje tegemoet. Zij lieten hun bagage door een ezel dragen. Daar kunnen wij nog wat van leren.
De route op zich was prachtig door ruig en onbedorven landschap, wel heel eenzaam. Niet een traject om onderweg ergens een enkel te verstuiken of erger.
De route was slecht aangegeven. Soms ontbraken de GR-tekens geheel en op andere plekken was het echt  zoeken. Daardoor liepen we ook regelmatig verkeerd. Op een gegeven moment passeerde ons een man met paard. Even later zagen wij hem beneden een lang pad afgaan. Geen GR-teken te bekennen, maar deze man had vast meer gezien dan wij. Niet dus, dus weer 1 km. verkeerd.



Bij alle ontberingen was dit wel erg lekker!

Onderweg ook nog in alle eenzaamheid bij een vervallen huisje een heel mooi meisje gezien, fee of toverkolletje? Het laatste want zij liet ons wel 2,5½ km verkeerd lopen en toen wij terugkwamen was zij geheel verdwenen. Toen ik kersen wilde plukken struikelde ik over het talud en kwam ondersteboven beneden aan.We werden ook serieus moe. Dit ontlokte Frans de uitspraak  ‘Je marche sur ma parodontaire’.



Als beloning uitzicht op de Mont Ventoux


Om 21 uur zijn we uiteindelijk toch bij ons restaurantje in Sault aangekomen en hebben een heel koude Heineken gedronken en nog een Heineken en nog een fles de l‘eau platte en voor de afwisseling nog een fles ‘du vin ordinaire’ en nóg hadden wij dorst.
Dit alles leidde tot de quote of the day; ditmaal van Ber ‘Ook ik heb nu veel behoefte aan dorst’.

 

Dinsdag 30 juni, Brantes – Mont Serein, 11 km, 150 m. af en 900 m op.



Volgens onze planning stond er voor vandaag een route op het programma van 25 km. die volgens het GR-boekje tenminste 7 uur zou duren,  te beginnen met een klim van 900 meter. Maar wij hadden gisteren nog in de benen en hebben inmiddels geleerd dat onze ‘uren’ andere ‘uren’ zijn dan de ‘uren’ die er in GR-boekjes staan. En het was alweer heel warm, meer dan 30 graden in de ochtend en dat echt in de schaduw. Ook moesten we heel veel  autorijden om deze op de juiste plaats te kunnen achterlaten. We besloten het traject te knippen.
We begonnen met een klim van 900 meter steil tegen de Mont Ventoux op, aanvankelijk over brede zonovergoten paden en later steil door het bos (in de schaduw, de Heer zij geprezen). Het risico van warmtestuwing was niet langer louter theoretisch.
Toch nog zo’n 11 km. gelopen op en af, eitje! Dit alles langs de flanken van het grote beest. Uiteindelijk hebben we gelopen van Brantes naar Mont Serein (uitloper van de Mont Ventoux) en dat heeft ons een hele dag gekost. Onderweg een hert gezien en ons er nog eens over verbaasd hoe weinig wild we tegenkomen.
’s Avonds alweer in hetzelfde restaurantje gegeten. We kregen nu bij binnenkomst ongevraagd onmiddellijk een koude Heineken voorgezet; om misverstanden te voorkomen: Wij worden niet door deze bekende bierbrouwer gesponsord, maar zouden daar ook geen bezwaar tegen hebben.
Een quote zat er vandaag niet in.

 

Woensdag 1 juli, Mont Serein - kruising D164, 10,5 km, 125 m op en 300 m af.


Warm, alweer en alweer om 7 uur actief.Vandaag het tweede deel gelopen van de Mont Ventoux route.  Een luttele 10 km.  met upjes en downtjes en met niet meer dan misschien 125 meter klimmen en toch was het pittig. Vooral omdat er een viertal knap enge passages waren; eng in de dubbele betekenis van het woord.
 


eng in de dubbele betekenis van het woord


Het pad liep langs de steile bergwand. Links naar beneden de peilloze diepte (althans zo voelde het), rechts gruis waar geen stok stevig ingezet kon worden en het pad was niet breder dan 20 cm. Schuin overhellend naar links en bedekt met gruis.

   

Een uitglijder zou FATAAL zijn (in mijn beleving althans). Frans stapte er redelijk rustig over, maar ik dus niet. Knikkende knieën, adrenaline op onaanvaardbaar niveau en in de vaste overtuiging dat dit niet te verantwoorden was naar thuisfront en nageslacht heb ik de route toch volbracht. Ging ook beter toen ik een van Frans zijn professionele nordic walking prikkers mocht gebruiken. Om nog eens te onderstrepen hoezeer ik mij aanstelde kwam ons een fietsende fransman tegemoet met een mountainbike. Hij fietste niet, maar gebruikte zijn Bike als was het een stok met rubberbandjes. Wij verklaarden hem voor knettergek (een populaire aanduiding anno 2009).
Verder was het er wel fraai want de uitzichten naar beneden, zowel als naar boven waren bijzonder en dat alles onder een zeer strakke zeer blauwe lucht.



Op het eind verdwaalden we een beetje en moesten we een herder vragen hoe het verder moest. Was een mooie oudere herder met 6 of 7 prachtige honden; border collies, een Pyrenese berghond en nog wat andere rassen. Hij had ook schapen, een paar honderd schat ik zo. Kaartlezen kon hij niet, van GR-tekens had hij nooit gehoord, maar hij was wel aardig en wij vonden onze route terug. Tijdens de terugreis naar Sault werden we overvallen door zwaar onweer met indrukwekkend grote hagelstenen. We hebben geschuild onder de bomen en zijn daarna verder gereden. In Sault spoot het water door de straten en uit alle hoeken en gaten in hevige mate. Ook de camping had de volle laag gekregen. Van Ber zijn tent waren alle pennen vanuit de achterzijde van de tent losgerukt, maar de schade viel alleszins mee.
Daarna naar ons vaste restaurant. Ditmaal gekozen voor de pizza (en dus voor maagbezwaar daarna). Daarna nog korte wandeling door Sault en op de slotmuur gezeten en genoten van het uitzicht over de vallei. Van Gogh was daarbij in de geest aanwezig.
Quote of the day. ‘Er is hier geen makkie’, opmerking  van Frans na mijn verzuchting dat ik dacht dat de route voor vandaag een peulenschilletje zou zijn.

 

 Zondag 28 juni, kruising D164 – Monieux, 9 km.


IK BEN BEROOFD!!!!


Zo werd Ber op deze mooie zondagmorgen wreed gewekt door een ontredderde Frans. Wat was er geschied.
Midden in de nacht terwijl hij zich snurkend prepareerde op de wandeling die voor vandaag op het programma stond en die meer dan 20 km. zou zijn, zijn er onverlaten naderbij geslopen en die hebben een stuk uit zijn buiten- en ook uit zijn binnentent gesneden (zo’n 15 cm. In het vierkant). Via dat gat hebben ze eerst zijn kleren, maar uiteindelijk ook zijn tasje naar buiten gehengeld en in die tas zaten zaken zoal; de autosleutels, het reservepaar van de autosleutels, altijd handig, paspoort, rijbewijs, geld, creditcard, giropas en nog zo wat van die praktische voorwerpen. Toen hijzelf des morgens wakker werd en het onheil vaststelde is hij naar buiten gegaan en toen bleek dat hetzelfde was gebeurd bij een andere tent, een meter of 20 verderop. Het Italiaanse paartje in die tent was wel wakker geworden en de jongen was naar buiten gegaan en had toen van de overvallers een mes op zijn keel gekregen. Onder bedreiging daarmee moest hij uiteindelijk zijn auto openmaken en geld afstaan (in diezelfde auto lag een camera van 3000 euro, maar die is door de boeven over het hoofd gezien). De tent van Ber stond tussen deze beide tenten in, maar was kennelijk niet aantrekkelijk genoeg.  Het Italiaanse paar vertelde Frans dat de gendarmes  al geweest waren, maar deze hadden Frans niet willen wakker maken. Ze vertelden ook dat er een tasje was gevonden en dat die bij de receptie was afgegeven. Frans dus naar de receptie en ontving zijn tasje terug met alles erin minus het contante geld en geen paspoort en geen rijbewijs.
Nog nabibberend hebben we hierna Margot gebeld en die heeft na een korte cursus ‘mailen vanuit de PC van Frans’, hem een kopie van rijbewijs en paspoort toegezonden. Nadat we deze keurig hadden laten printen vond Frans de originelen in zijn rugzak!
Door al deze consternatie raakte ons programma voor vandaag geheel in het ongerede. De gendarmes lieten weten dat we ons om 3 uur moesten melden voor de aangifte en dat hebben we ook braaf gedaan bij een serieuze agente die ouderwets weekenddienst had en hard aan nachtrust toe was.
Tussen dit ochtendgebeuren en de aangifte om 3 uur toch maar een aangepast traject gelopen. Dat ging van ‘ergens op de helling van de Mont Ventoux, nl. bij de kruising van de D164 en de GR naar Monieux. We hebben in totaal 2 uur en 45 minuten stevig doorgestapt, alsmaar bergafwaarts en het was knap warm. De GR was lastig te vinden aangezien de terreineigenaar het nodig gevonden had om alle GR-tekens met bruine verf over te schilderen.
Onderweg veel bergbedwingers gezien, mannen in alle leeftijden en een enkele vrouw, niet minder fanatiek, allen in een gladde outfit op glimmende fietsjes met slechts één verheven doel: het beest bedwingen, het beest dat Mont Ventoux heet en dat 1918 meter hoog is met bovenaan een kale kruin. Wij benijdden hen niet.
Na de aangifte op de camping weer eens een potje triktrak gespeeld en vervolgens zijn we gaan eten in een ander restaurant dan gisteren. Daarna naar bed. Hopelijk geen boeven vannacht!

 

Donderdag 2 juli 2009, Monieux – Sarraud, 11 km, 200 m op



Vandaag een ‘makkie’.
Gelopen van Monieux naar Sarraud, halverwege Apt. 11 km., slechts 200 metertjes omhoog, maar dat dan weer wel bij 32 graden in de schaduw. We hadden best wel een langer traject gewild, maar gegeven de omstandigheden van de route zou het dan ineens heel veel verder geworden zijn en daar hadden we geen puf voor. Mooi traject vandaag. Eerst over een met lage bomen begroeide vlakte, daarna 200 meter steil omhoog naar een hoogvlakte en vervolgens door een heel weids zuidelijk Luberon-landschap met akkers, lavendel, graan, veel bloemen en kleuren en zo af en toe majesteitelijke bomen. Alweer een hert gezien. Toch nog 5 ½ uur gelopen voordat we weer bij de auto waren en dat vonden we toen best wel prima. Op de terugreis naar de camping opnieuw regen, maar niet zo heftig als gisteren.
Vandaag zijn we ons oude vertrouwde (pizza)restaurantje ontrouw geweest en dat hebben we geweten ook.


 koeievoet met pens (pied et pâquets)


Ons werd koeievoet met pens opgediend en zo smaakte die ook. Geen culinair feest, maar wel een vorstelijke rekening.  Enfin, zie de begeleidende foto waarin Frans zijn appreciatie kenbaar maakt. Een fooi zat er niet in.


Vrijdag 3 juli 2009, Sarraud – Apt, 16 km, 1100 m af en 200 m op.



Kernwoorden voor vandaag: krekels, hittegolf, kersen, 3 zwijntjes en Apt.
De krekels hebben ons de hele dag oorverdovend begeleid terwijl wij liepen van Sarraud naar Apt. Volgens mijn pedometer die door Frans oneerbiedig is omgedoopt tot tippelmeter was het in totaal 16 km. Volgens mij was het meer omdat de tippelmeter staat afgestemd op de pasjes die ik in de bergen maak, maar volgens Frans, immer eigenwijs, was het juist minder. Bij dit alles 1100 meter gedaald en 200 omhoog. Onderweg verse kersen van de bomen geplukt, anders dan in de Betuwe, in plaats van donkerrood zijn deze geelrood en soms bijna wit, maar ze smaken voortreffelijk.
Op een van de bospaden werd ons pad gekruist door drie zwijntjes en dat gaf een vertrouwd gevoel. Later kwamen we 2 tegenliggers (jongen en meisje) tegen met volle bepakking die de berg beklommen terwijl wij die afdaalden (1100 meter!). Frans meldde hun opbeurend:  ‘ce n’est pas si loin’ hetgeen op zijn zachts gezegd een vooringenomen waarneming van de werkelijkheid aangaf.


Het moeizame ruwe traject leidde ons door de poort van Castor, een lange kloof, dichtbegroeid, volkomen verlaten en ruig terwijl de krekels hoogmis vierden. Na deze poort kwamen we tot slot op asfalt terecht en dat leidde dan weer naar Apt. Ik herkende het silhouet van de stad en de bergrug daarachter van 2005 toen ik daar een paar dagen met Lies en ons busje had gekampeerd. Het gaf toch een bijzonder gevoel daar nu te voet aan te komen. In Apt hebben we op een terras de afronding van het 2009-traject gevierd met Panâchée waarin minder dan 1% alcohol zit. We leren het nog wel.
 Vandaag geen koeievoet of ander exotisch diner gegeten, maar weer teruggegaan naar de pizzeria en buiten op de stoep prima gegeten. De juffrouw die ons de hele week bediende was aardig, maar verder toch wel een beetje onbestemd.


 

Zaterdag 4 juli 2009

Op naar huis.
Vandaag gereden van Sault naar Liverdun, een onooglijk plaatsje in de buurt van Nancy. Al met al 670 km. door druk verkeer met voor Ber althans dankzij de TOMTOM in Lyon veel file. Zuidwaarts waren de files nog veel groter en deprimerend om te zien.
Het viel Frans op dat er in Liverdun heel veel dikke mensen zijn, vandaar -zo veronderstelde hij- de naam van het plaatsje!
We kwamen op een grote camping waar we al eerder -jaren geleden- tijdens ons Vogezen-traject hadden gekampeerd. Op de camping gegeten. Ons werd door een dikke meneer vlees met friet en een tomaat voorgezet. Daarna een korte wandeling door het dorp gemaakt met het voornemen een mooie Cointreau te scoren, maar er viel niets te scoren. Er was geen kroeg te vinden. Een Frans dorp zonder kroeg!
Terug op de camping werden wijzelf tot consumptieartikel voor de talloze midges (kleine venijnige bijtvliegjes). Bepaald onaangenaam, en beiden hebben we nog dagen last van jeuk gehad.



 Zondag 5 juli 2009


Van Liverdun naar Den Haag respectievelijk Bemmel.
Tot ongeveer bij Metz hebben we nog zo’n beetje bij elkaar in de buurt gereden en daarna was het ieder zijns weegs.
Rond een uur of 2 was ieder weer thuis en dat was het dan.
Het zit weer weer op.
De tenten zijn gedroogd in ingepakt en wat schrijver dezes betref wil ik morgen wel weer verder met ons traject.
Volgend jaar zijn we 15 jaar geleden vertrokken, wordt Ber 65 en zou het een mooi jaar zijn om de voetjes te kunnen dopen in de Mediterranee.
De tijd zal het leren.
Over en sluiten.